Bibliografie
De 11de-eeuwse graaf Otto van Leuven, mythe of werkelijkheid. In: . Feestbundel Jaak Ockeley. Bi den heylighen Cruce van Assche, Ic wil een goed Brabander wesen. Asse: Koninklijke Heemkring Ascania; 2018. pp. 273-287. .
De markenruil Ename – Valenciennes en de investituur van de graaf van Vlaanderen in de mark Ename. Handelingen van de geschied- en oudheidkundige kring van Oudenaarde. 2017;54:47-128. .
Getouwtrek om Brabantse heiligen tijdens de 11de eeuw. Eigen Schoon en de Brabander. 2016;99(3):283-322. .
De Catalogus virorum illustrium uit de abdij van Affligem, autograaf, datering en auteurschap. Eigen Schoon en de Brabander. 2013;96(3):371-412. .
Kritisch onderzoek naar de interacties tussen de Vita S. Gudilae en de Gesta Episcoporum Cameracensium. Eigen Schoon en de Brabander. 2012;95(2):311-346. .
De abdij van Affligem tijdens de investituurstrijd, een paltsgrafelijke stichting, koploper in de clunisiaanse gebruiken. Eigen Schoon en de Brabander. 2012;95(1):45-68. .
Onulfus van Hautmont (ca. 1048), auteur van de Vita S. Gudilae anonymo. Eigen Schoon en de Brabander. 2012;95(4):595-643. .
Hugo van Lobbes (1033-1053), auteur van de Vita Amalbergae viduae, Vita S. Reinildis en Vita S. Berlendis. Eigen Schoon en de Brabander. 2011;94(3):649-684. .
Paltsgraaf Wigerik van Lotharingen, inspiratiebron voor de legendarische graaf Witger uit de Vita Gudilae. Eigen Schoon en de Brabander. 2010;93(1):113-136. .
Identificatie van de burcht Humberch uit de Vita Berlendis. Eigen Schoon en de Brabander. 2007;90(4):459-468. .