Bibliografie

Exporteer 7471 resultaten:
Auteur Titel [ Type(Asc)] Jaar
Book Chapter
Arras, J. (2015). De Vita Gummari prosaica: een herbronning. In Felix G.A. Brenart, Leven en verering van Sint-Gummarus. Een onbekende 18de-eeuwse studie over de Lierse stadspatroon (Vol. 9, pp. 121-191). Lier: Liers Genootschap voor Geschiedenis.
Deschamps, J. (2012). De Vita Christi van Ludolf van Saksen in het Middelnederlands. In F. Hendrickx & Gaens, T. (Red.), Amo te, sacer ordo Carthusiensis. Jan De Grauwe, passionné de l’Ordre des Chartreux (2e ed., Vol. 1, pp. 215-236). Leuven: Peeters.
Goudriaan, K. (2018). De visie van de vroegste geschiedschrijvers. In A. Dlabačová & Hofman, R. (Red.), De Moderne Devotie. Spiritualiteit en cultuur vanaf de late Middeleeuwen (pp. 20-21). Zwolle: Wbooks.
van Berkum, A. H. (1993). De vijf Hollandse kerken van Sint Willibrord. In G. N. M. Vis (Red.), Egmond tussen Kerk en wereld (Vol. 2, pp. 39-65). Hilversum: Verloren.
van Kalveen, C. A. (1997). De vijf adellijke vrouwenkloosters in en om de stad Utrecht. In E. S. C. Erkelenz-Buttinger (Red.), De kerk en de Nederlanden. Archieven, instellingen, samenleving. Aangeboden aan prof.dr. C. Dekker bij zijn afscheid als rijksarchivaris en als hoogleraar in de archiefwetenschap alsmede de paleografie van de 14e tot en met de 17e eeuw aan de UvA (pp. 152-167). Hilversum: Verloren.
Meijns, B. L. I. (1996). De vestiging van norbertijnenabdijen in het graafschap Vlaanderen in het licht van de kanonikale hervorming. In S. Van de Perre (Red.), Abdij en stad (Vol. 6, pp. 9-31). Brussel: Werkgroep Norbertijner Geschiedenis in de Nederlanden.
Folkerts, S. (2018). De vertaler van het Nieuwe Testament?. In A. Dlabačová & Hofman, R. (Red.), De Moderne Devotie. Spiritualiteit en cultuur vanaf de late Middeleeuwen (pp. 124-125). Zwolle: Wbooks.
Nijssen, R. (2013). De verpachting van de tienden van Herkenrode in Hasselt in 1497. In G. Caluwaerts, Houben, S., Rock, T., & Schepers, S. (Red.), Monasterium Herkenrode (Vol. 3, pp. 139-150). Hasselt: Studiecentrum Herkenrode vzw.
Nijssen, R. (2013). De verpachting van de abdijmolen in Tuilt in 1526. In G. Caluwaerts, Houben, S., Rock, T., & Schepers, S. (Red.), Monasterium Herkenrode (Vol. 3, pp. 151-159). Hasselt: Studiecentrum Herkenrode vzw.
Watteeuw, L. (2011). De verluchting van het Antifonarium Tsgrooten. De verspreiding van de Gents-Brugse stijl in Brabant omstreeks 1520. In H. Janssens (Red.), Premonstratenzer gregoriaans in de Nederlanden: Liturgische handschriften (13de-16de eeuw) (Vol. 21, pp. 49-54). Averbode: Werkgroep Norbertijner Geschiedenis in de Nederlanden.
de Beer, R. W. M. (2005). De verluchting van de Soeterbeeckse handschriften. In H. Kienhorst (Red.), Rijkdom in eenvoud. Laatmiddeleeuwse handschriften uit klooster Soeterbeeck (Vol. 11, pp. 31-39). Nijmegen: Stichting Nijmeegse Kunsthistorische Studies-Nijmegen University Press.
Venner, G. H. A. (2020). De verering van relieken en heiligen in de Munsterkerk. In H. van der Bruggen, Caris, E., & Wolters, L. (Red.), De Munsterabdij van Roermond. Een ontdekkingstocht door achthonderd jaar geschiedenis van een vrouwenklooster (pp. 168-181). Zwolle: WBooks-Stichting Rura Roermond.
Geirnaert, N. (2024). De verering van het Heilig Bloed. Flesje met de reliek van het Heilig Bloed. Ca. 1001-1200. In P. Scholliers, Dierkens, A., Galand, M., Geysen, I., Januarius, J., Verboven, K., & von Hoffmann, V. (Red.), Een geschiedenis van België in 100 voorwerpen. Van de prehistorie tot nu (pp. 175-179). Tielt: Lannoo.
Mulder-Bakker, A. B. (1995). De verering. In A. B. Mulder-Bakker (Red.), De kluizenaar in de eik. Gerlach van Houthem en zijn verering (Vol. 45, pp. 119-135). Hilversum: Verloren.
Van Dorst, S., & Weissenborn, H.. (2020). De verdwenen triptiek: het Dimpna-altaarstuk digitaal gereconstrueerd. In S. Van Dorst (Red.), Zot van Dimpna. Acht panelen vol passie, lef en rebellie (pp. 24-34). Veurne: Hannibal-The Phoebus Foundation.
Huybens, G., & Verpoest, L.. (2022). De verdwenen huisjes rond de kerk. In G. Huybens, Mellaerts, D., & Dewilde, B. (Red.), De Sint-Pieterskerk te Leuven: geschiedenis, architectuur en patrimonium (pp. 62-71). Leuven: Peeters. doi:https://doi.org/10.2307/jj.890657.8
Roegiers, J. (2019). De universiteit, een stad in de stad (1500-1797). In J. Audiens, Brepoels, J., Carnier, M., Janssens, G., Ollivier, H., & Vrancken, V. (Red.), Vensters op Leuven. Een geschiedenis (pp. 44-45). Leuven: Salsa!.
Gielis, G. (2017). De tweestrijd voorbij. De symbiose van scholastiek en humanisme aan de Leuvense theologische faculteit. In J. Papy (Red.), Het Leuvense Collegium Trilingue. 1517-1797. Erasmus, humanistische onderwijspraktijk en het nieuwe taleninstituut Latijn – Grieks – Hebreeuws (pp. 33-56). Leuven: Peeters.
Flury-Lemberg, M. (1995). De tunicella van de heilige Gerlach. In A. B. Mulder-Bakker (Red.), De kluizenaar in de eik. Gerlach van Houthem en zijn verering (Vol. 45, pp. 101-107). Hilversum: Verloren.
Lusse, J. (2015). De Trois-Fontaines à Orval. La tradition claravalienne. In J. - M. Yante (Red.), Les origines de l’abbaye cistercienne d’Orval. Actes du colloque organisé à Orval le 23 juillet 2011 (Vol. 99, pp. 27-49). Turnhout: Brepols.
Koldeweij, J. (2004). De trage komst van de gotiek. In R. van Uytven, Bruneel, C., Koldeweij, J., van de Sande, A. W. F. M., & Oudheusden, J. A. F. M. (Red.), Geschiedenis van Brabant van het hertogdom tot heden (1e ed., pp. 91-101). Zwolle-Leuven: Waanders-Davidsfonds-Stichting Colloquium De Brabantse Stad.
De Reu, M. (2011). De totstandkoming van een handschrift rond 1100. In K. De Coene, De Reu, M., & De Maeyer, P. (Red.), Liber Floridus. 1121. De wereld in een boek (pp. 131-147). Tielt: Lannoo.
Vanhellemont, Y. (2022). De torens: onafgewerkte dromen. In G. Huybens, Mellaerts, D., & Dewilde, B. (Red.), De Sint-Pieterskerk te Leuven: geschiedenis, architectuur en patrimonium (pp. 40-61). Leuven: Peeters. doi:https://doi.org/10.2307/jj.890657.7
Emmens, K. (2017). De toren van de Stevenskerk. In H. Peterse, Rooker, E., Camps, R., & Emmens, K. (Red.), (pp. 41-48). Nijmegen: Vantilt.
Van den Branden, W. (2022). De Tongerlose abdij en haar beheer over de kapellen van Allier (Emblem) en Oevel. In H. Janssens (Red.), Norbertijnse Lievevrouwen (pp. 17-32). Averbode: Werkgroep Norbertijner Geschiedenis in de Nederlanden.

Pagina's