Bibliografie
] . (1992). Welke kerk van Willibrord: Sint-Maarten of Sint-Salvator?. Maandblad Oud-Utrecht, 65, 142-146.
. (1994). Van Beeldenstorm tot Reductie van Groningen (p. 216). Groningen: Stichting Reductie van Groningen en REGIO-PRojekt.
. (2003). The age of the cloister. The story of monastic life in the Middle Ages (p. 288). Mahwah: Paulist Press.
. (2006). Magnus is de naam. De transformatie van een heilige in de Friezenkerk in Rome. Tijdschrift voor Nederlandse Kerkgeschiedenis, 9(3), 68-77.
. (2018). Stagnatie en hervorming: het kloosterleven in Brabant in de vijftiende eeuw. In , Florarium temporum (Bloemhof der tijden). Een laatmiddeleeuwse wereldkroniek door Nicolaas Clopper, geschreven in het Klooster Mariënhage bij Eindhoven (pp. 49-55). Hilversum: Verloren.
. (2008). Three Women of Liège. A Critical Edition of and Commentary on the Middle English Lives of Elizabeth of Spalbeek, Christina Mirabilis, and Marie d’Oignies. Medieval Women: Texts and Contexts (Vol. 23, p. 263). Turnhout: Brepols.
. (2023). Beyond the Monastery Walls Lay Men and Women in Early Medieval Legal Formularies (p. 407). Cambridge: Cambridge University Press.
. (2019). Religieuze praktijken ca. 1200-1500. In , Brugge. Een middeleeuwse metropool. 850-1550 (pp. 281-323). Gorredijk: Sterck & De Vreese.
. (2007). Archeologisch vooronderzoek voor de Onze-Lieve-Vrouw-Sint-Pieterskerk (ceremonieplein) en de Tweekerkenstraat, Gent (O.-Vl.). Archaeologia mediaevalis, 30, 16-23.
. (2009). Onderzoek van de Bijloke voor het STAM in Gent: 2007-2008 (O.-Vl.). Archaeologia mediaevalis, 32, 97-100.
. (2013). La logique de l’organisation économique de l’Église liégeoise autour de l’an Mil. In , Évêque et prince. Notger et la Basse-Lotharingie aux alentours de l’an Mil (Vol. 2, pp. 51-64). Liège: Presses Universitaires de Liège.
. (2018). The Penguin Book of Hell. Penguin Classics (p. 304). New York: Peguin Books.
. (2022). Kloster und Wirtschaft (9. -14. Jahrhundert). In , Handbuch der benediktinischen Ordensgeschichte. Band 1: Von den Anfängen bis ins 14. Jahrhundert (pp. 585-604). Sankt Ottilien: EOS.
. (2004). De vestiging van het Duitse Huis in de stad Utrecht. Bijdragen tot de geschiedenis van de Ridderlijke Duitsche Orde, Balije van Utrecht (Vol. 1, p. 46). Hilversum: Verloren.
. (1994). Husinghe ende hofstede. Een institutioneel-geografische studie van de rechtspraak over onroerend goed in de stad Utrecht in de middeleeuwen. Stichtse Historische Reeks (Vol. 18, p. 464). Utrecht: Spectrum.
. (2000). De vestiging van het Duitse huis in de stad Utrecht. Bijdragen tot de Geschiedenis van de Ridderlijke Duitsche Orde. Balije van Utrecht (Vol. 1, p. 47). Utrecht.
. (2002). Volc te voet. Gevolgen van de Guldensporenslag voor de opkomst van de burgerij in de noordelijke Nederlanden (p. 64). Utrecht: Nederlands centrum voor Volkscultuur.
. (1997). Het Stefanusretabel van Jan van der Coutheren. Een Leuvens kunstwerk met Brusselse invloeden. In , Album Discipulorum J.R.J. van Asperen de Boer (pp. 36-44). Zwolle: Waanders.
. (1991). Broederschappen van de Claaskerk. 1475-1488. Rijksuniversiteit Utrecht, Utrecht.
. (2006). Fouilles programmées à la Cathédrale Notre-Dame de Tournai (Ht.) . Archaeologia mediaevalis, 29, 23-24.
. (2014). La cathédrale Notre-Dame de Tournai : le programme des fouilles archéologiques. In , L'empreinte chrétienne en Gaule, du IVe au IXe siècle (Vol. 26, pp. 215-232). Turnhout: Brepols.
. (2009). Tournai : Cathédrale Notre-Dame : Un premier bilan des fouilles. La seconde sépulture épiscopale du XIe siècle (Ht.). Archaeologia mediaevalis, 32, 111-114.
. (2007). Saints et diables au chapeau. Bijoux oubliés du Moyen Âge (p. 187). Paris: Seuil.