Bibliografie
] . (2005). De Plechelmusbasiliek: architectuur, geschiedenis, betekenis. In , Plechelmus. Zijn kerk, liturgie en kapittel te Oldenzaal. Bijdragen over de heilige, zijn kerk en liturgie bij gelegenheid van het 1050-jarig jubileum van de translatie der relieken van Plechelmus naar Oldenzaal (pp. 43-90). Zutphen: Walburg Pers.
. (1996). De plaats van het kapittel in de stad. In , Het kapittel van Lebuinus in Deventer. Nalatenschap van een immuniteit in bodem, bebouwing en beschrijving (pp. 109-114). Nieuwegein: Arko Uitgeverij.
. (1995). De parochie Haarlem en de religieuze stichtingen binnen haar grenzen. In , Deugd boven geweld. Een geschiedenis van Haarlem. 1245-1995 (pp. 63-87). Hilversum: Verloren.
. (2002). De parochie Drunen. Historische sprokkelingen. In , Een keuze uit het geschiedkundig werk van Dr. Milo Hendrik Koyen (1914-1977), voormalig archivaris van de abdij van Tongerlo en van de stad Geel (Vol. 6, pp. 313-334). Averbode: Praemonstratensia.
. (1998). De parochie, de kerk en de pastoors tot 1648. In , De schaduw van een heiligdom. De geschiedenis van Aalst en zijn middeleeuwse kerk (pp. 59-88). Waalre: Stichting Waalres Erfgoed.
. (2016). De overlevering van de vita van Sint-Oda en haar verering in de late middeleeuwen. In , Rondom Sint-OedenRode. Macht, religie en cultuur in de Meierij (pp. 138-145). Woudrichem: Pictures Publishers-Stichting Brabantse Bronnen.
. (1995). De overgeleverde tekst en zijn wordingsgeschiedenis. In , De kluizenaar in de eik. Gerlach van Houthem en zijn verering (Vol. 45, pp. 25-49). Hilversum: Verloren.
. (2008). De oudste Friese baksteen. Een heroriëntatie op de introductie en vroege toepassing van baksteen in Friesland en Groningen. In , Medieval Brick Architecture in Flanders and Northern Europe. The Question of the Cistercian Origin (Vol. 7, pp. 73-114).
. (2008). De oude littekens van de Cunerakerk te Rhenen: de middeleeuwse bouwgeschiedenis van kerk en toren. In , Geschiedenis van Rhenen (pp. 110-119). Utrecht: Matrijs.
. (2004). De Ordinarius van Sint-Salvator: codicologische en editietechnische aspecten. In , Meer dan muziek alleen. In memoriam Kees Vellekoop (Vol. 20, pp. 87-111). Hilversum: Verloren.
. (2003). De oprichting van de Sint-Pietersabdij te Oudenburg (ca. 1090). Een omstreden gebeurtenis?. In , Kloosterwezen in West-Vlaanderen. Bronnen en Geschiedenis. Studiedag georganiseerd te Brugge op 21 oktober 2002 (Vol. 152, pp. 17-36). Brussel: Algemeen Rijksarchief en Rijksarchief in de Provinciën.
. (2013). De opkomst van de lijkpreek. In , Graven spreken. Perspectieven op grafcultuur in de middeleeuwse en vroegmoderne Nederlanden (pp. 91-120). Hilversum: Verloren.
. (1997). De opgravingen op het terrein van het Sint Agnesconvent. In , De Susteren van Sanct-Agnetenhuus. De geschiedenis, materiële cultuur en spiritualiteit van het Kamper Agnietenconvent (Vol. 100, pp. 38-58). Kampen: Stichting IJsselacademie.
. (2004). De opgraving van het Agnesklooster. In , Dat coevent toe Oldenzal. De geschiedenis en opgraving van het Agnesklooster te Oldenzaal (pp. 187-208). Hengelo: Broekhuis.
. (2020). De opdrachtgevers van het Dimpna-altaarstuk ontmaskerd. In , Zot van Dimpna. Acht panelen vol passie, lef en rebellie (pp. 96-108). Veurne: Hannibal-The Phoebus Foundation.
. (2002). De oorsprong van de oudste kapittels in het noorden van het bisdom Luik: een voorlopige synthese. In , In de voetsporen van Jacob van Maerlant. Liber amicorum Raf De Keyser. Verzameling opstellen over middeleeuwse geschiedenis en geschiedenisdidactiek, (Vol. 30, pp. 206-221). Leuven: Universitaire Pers Leuven.
. (1995). De oorsprong van de Luikse aartsdiakens. In Euregionaal mozaïek. Voordrachten gehouden op het Historisch Congres bij gelegenheid van "Sittard 750 jaar Stad" (30.10.1993) (pp. 2-11). Sittard: Stichting Historie Sittard.
. (2023). De oorkonde uit 714. Tekst en vertaling. In , Sporen van Susteren. Archeologische vondsten uit een Karolingische abdij en een adellijk vrouwenstift. De basispublicatie (pp. 161-169). Venlo: Limburgs Museum. doi:doi.org/10.17026/dans-xsf-nypw
. (1996). De Onze-Lieve-Vrouweabdij te Middelburg in 1574. Reconstructie van een geestelijke instelling uit wereldlijke bronnen. In Abdij en stad (Vol. 6, pp. 45-69). Brussel: Werkgroep Norbertijner Geschiedenis in de Nederlanden.
. (2004). De ontwikkeling van de gotische kunsten. In , Geschiedenis van Brabant van het hertogdom tot heden (1e ed., pp. 197-211). Zwolle-Leuven: Waanders-Davidsfonds-Stichting Colloquium De Brabantse Stad.
. (1999). De obstakels bij het onderzoek naar de vroegste leenhoven. Nieuwe visies op het ontstaan en de ontwikkeling van de Vlaamse grafelijke leenhoven (1000-1300). In , De Vlaamse instellingen tijdens het Ancien Régime. Recent onderzoek in nieuw perspectief (Vol. 111, pp. 41-58). Brussel: Algemeen Rijksarchief en Rijksarchief in de Provinciën.
. (2008). De observantie der conversinnen van Sint-Augustinus. In , Monastiek observantisme en Moderne Devotie in de Noordelijke Nederlanden (Vol. 110, pp. 167-211). Hilversum: Verloren.
. (2013). De Notger à Henri de Leez : la formation du patrimoine liégeois en Texandrie, fin du Xe – moitié du XIIe siècle. In , Évêque et prince. Notger et la Basse-Lotharingie aux alentours de l’an Mil (Vol. 2, pp. 65-91). Liège: Presses Universitaires de Liège.
. (1999). De Norbertuspaneeltjes van de abdij Tongerlo. In , De abdij van Tongerlo. Gebundelde historische studies (Vol. 19, pp. 627-634). Averbode: Praemonstratensia.
. (2021). De norbertijnse beiaardcultuur. In , Als de bliksem. 900 jaar norbertijnen en norbertinessen (pp. 179-181). Averbode-Heeswijk: Uitgeverij Averbode-Berne Media.