Bibliografie

Exporteer 7360 resultaten:
Auteur Titel [ Type(Desc)] Jaar
Book Chapter
Nijssen, R. (2013). De verpachting van de tienden van Herkenrode in Hasselt in 1497. In G. Caluwaerts, Houben, S., Rock, T., & Schepers, S. (Red.), Monasterium Herkenrode (Vol. 3, pp. 139-150). Hasselt: Studiecentrum Herkenrode vzw.
Nijssen, R. (2013). De verpachting van de abdijmolen in Tuilt in 1526. In G. Caluwaerts, Houben, S., Rock, T., & Schepers, S. (Red.), Monasterium Herkenrode (Vol. 3, pp. 151-159). Hasselt: Studiecentrum Herkenrode vzw.
Watteeuw, L. (2011). De verluchting van het Antifonarium Tsgrooten. De verspreiding van de Gents-Brugse stijl in Brabant omstreeks 1520. In H. Janssens (Red.), Premonstratenzer gregoriaans in de Nederlanden: Liturgische handschriften (13de-16de eeuw) (Vol. 21, pp. 49-54). Averbode: Werkgroep Norbertijner Geschiedenis in de Nederlanden.
de Beer, R. W. M. (2005). De verluchting van de Soeterbeeckse handschriften. In H. Kienhorst (Red.), Rijkdom in eenvoud. Laatmiddeleeuwse handschriften uit klooster Soeterbeeck (Vol. 11, pp. 31-39). Nijmegen: Stichting Nijmeegse Kunsthistorische Studies-Nijmegen University Press.
Venner, G. H. A. (2020). De verering van relieken en heiligen in de Munsterkerk. In H. van der Bruggen, Caris, E., & Wolters, L. (Red.), De Munsterabdij van Roermond. Een ontdekkingstocht door achthonderd jaar geschiedenis van een vrouwenklooster (pp. 168-181). Zwolle: WBooks-Stichting Rura Roermond.
Mulder-Bakker, A. B. (1995). De verering. In A. B. Mulder-Bakker (Red.), De kluizenaar in de eik. Gerlach van Houthem en zijn verering (Vol. 45, pp. 119-135). Hilversum: Verloren.
Van Dorst, S., & Weissenborn, H.. (2020). De verdwenen triptiek: het Dimpna-altaarstuk digitaal gereconstrueerd. In S. Van Dorst (Red.), Zot van Dimpna. Acht panelen vol passie, lef en rebellie (pp. 24-34). Veurne: Hannibal-The Phoebus Foundation.
Huybens, G., & Verpoest, L.. (2022). De verdwenen huisjes rond de kerk. In G. Huybens, Mellaerts, D., & Dewilde, B. (Red.), De Sint-Pieterskerk te Leuven: geschiedenis, architectuur en patrimonium (pp. 62-71). Leuven: Peeters. doi:https://doi.org/10.2307/jj.890657.8
Roegiers, J. (2019). De universiteit, een stad in de stad (1500-1797). In J. Audiens, Brepoels, J., Carnier, M., Janssens, G., Ollivier, H., & Vrancken, V. (Red.), Vensters op Leuven. Een geschiedenis (pp. 44-45). Leuven: Salsa!.
Gielis, G. (2017). De tweestrijd voorbij. De symbiose van scholastiek en humanisme aan de Leuvense theologische faculteit. In J. Papy (Red.), Het Leuvense Collegium Trilingue. 1517-1797. Erasmus, humanistische onderwijspraktijk en het nieuwe taleninstituut Latijn – Grieks – Hebreeuws (pp. 33-56). Leuven: Peeters.
Flury-Lemberg, M. (1995). De tunicella van de heilige Gerlach. In A. B. Mulder-Bakker (Red.), De kluizenaar in de eik. Gerlach van Houthem en zijn verering (Vol. 45, pp. 101-107). Hilversum: Verloren.
Lusse, J. (2015). De Trois-Fontaines à Orval. La tradition claravalienne. In J. - M. Yante (Red.), Les origines de l’abbaye cistercienne d’Orval. Actes du colloque organisé à Orval le 23 juillet 2011 (Vol. 99, pp. 27-49). Turnhout: Brepols.
Koldeweij, J. (2004). De trage komst van de gotiek. In R. van Uytven, Bruneel, C., Koldeweij, J., van de Sande, A. W. F. M., & Oudheusden, J. A. F. M. (Red.), Geschiedenis van Brabant van het hertogdom tot heden (1e ed., pp. 91-101). Zwolle-Leuven: Waanders-Davidsfonds-Stichting Colloquium De Brabantse Stad.
De Reu, M. (2011). De totstandkoming van een handschrift rond 1100. In K. De Coene, De Reu, M., & De Maeyer, P. (Red.), Liber Floridus. 1121. De wereld in een boek (pp. 131-147). Tielt: Lannoo.
Vanhellemont, Y. (2022). De torens: onafgewerkte dromen. In G. Huybens, Mellaerts, D., & Dewilde, B. (Red.), De Sint-Pieterskerk te Leuven: geschiedenis, architectuur en patrimonium (pp. 40-61). Leuven: Peeters. doi:https://doi.org/10.2307/jj.890657.7
Emmens, K. (2017). De toren van de Stevenskerk. In H. Peterse, Rooker, E., Camps, R., & Emmens, K. (Red.), (pp. 41-48). Nijmegen: Vantilt.
Van den Branden, W. (2022). De Tongerlose abdij en haar beheer over de kapellen van Allier (Emblem) en Oevel. In H. Janssens (Red.), Norbertijnse Lievevrouwen (pp. 17-32). Averbode: Werkgroep Norbertijner Geschiedenis in de Nederlanden.
Lesser, B. (2018). De toegangspoort tot Noord-Duitsland. In A. Dlabačová & Hofman, R. (Red.), De Moderne Devotie. Spiritualiteit en cultuur vanaf de late Middeleeuwen (pp. 184-185). Zwolle: Wbooks.
Christiaens, J. (2011). De tekst van het requiem: historiek, structuur en betekenis. In P. Bergé & Christiaens, J. (Red.), Dies Irae. Kroniek van het Requiem (pp. 22-38). Leuven: Leuven University Press.
Scholz, B. F. (1997). De structuur van een legende. De Heilige Elisabeth als een voorbeeldige middelares. In A. B. Mulder-Bakker & Carasso-Kok, M. (Red.), Gouden legenden. Heiligenlevens en heiligenverering in de Nederlanden (pp. 49-60). Hilversum: Verloren.
Reyniers, J., & Houbey, K.. (2016). De stoel van Sint-Lutgard : een middeleeuws cultusobject. In K. Houbey, Princen, C., Reyniers, J., & Wijnants, L. (Red.), Ritualia Lossensia. Rituelen en relieken in Loon (pp. 52-63). Borgloon: Stad Borgloon.
Ilsink, M. (2020). De stijlloze kunst van Goossen Van der Weyden. In S. Van Dorst (Red.), Zot van Dimpna. Acht panelen vol passie, lef en rebellie (pp. 206-215). Veurne: Hannibal-The Phoebus Foundation.
Bijsterveld, A. J. A. (2016). De stichting van kerk en kapittel van Sint-Oda. In A. J. A. Bijsterveld, Roelvink, V., & Biemans, J. (Red.), Rondom Sint-OedenRode. Macht, religie en cultuur in de Meierij (pp. 124-137). Woudrichem: Pictures Publishers-Stichting Brabantse Bronnen.
Koorn, F. W. J. (1995). De stichting van het Maastrichtse tertiarissenconvent Calvariënberg. In B. R. de Melker & de Roever, M. B. (Red.), Van polder tot polis. Opstellen over stadsgeschiedenis, dipolmatiek, dipolmatie en economische geschiedenis (Vol. 87, pp. 97-106). Amsterdam.
Palmboom, E. (1997). De stichting van het kapittel van Culemborg. In E. S. C. Erkelenz-Buttinger (Red.), De kerk en de Nederlanden. Archieven, instellingen, samenleving. Aangeboden aan prof.dr. C. Dekker bij zijn afscheid als rijksarchivaris en als hoogleraar in de archiefwetenschap alsmede de paleografie van de 14e tot en met de 17e eeuw aan de UvA (pp. 245-257). Hilversum: Verloren.

Pagina's